Jong Talent
De MoMu-collectie focust op Belgische avant-garde mode, maar breidde de afgelopen jaren geleidelijk uit met niet-Belgische, niet-Europese, en niet-Westerse mode. Zo wordt de collectie verrijkt met andere ontwerppraktijken en ontwerpers met verschillende en vernieuwende referentiekaders.
Sinds de internationale doorbraak van de eerste generatie Belgische ontwerpers eind jaren 1980 zijn de Belgische mode en haar internationale context grondig veranderd. De globalisering van de modewereld heeft het begrip ‘Belgische mode’ complexer gemaakt. De herkomst van ontwerpers, de plaats van hun opleiding, de culturele, sociaal-economische en politieke contexten van waaruit ontwerpers hun oeuvre vormgeven, leiden tot een identiteit die voortdurend in verandering is. ‘Belgische mode’ is geëvolueerd tot een kwaliteitslabel, dat minder te maken heeft met herkomst, maar alles met de artistieke visie en gevoeligheid van ontwerpers. Wat hen met elkaar verbindt, is een zekere eigenzinnigheid, een conceptuele aanpak en oog voor detail.
MARINE SERRE
Mondmaskers
Serre integreert reeds voor de COVID-19 pandemie mondmaskers in haar collecties uit bezorgdheid voor luchtvervuiling en als reactie tegen de selfiestrend.
Na haar opleiding aan La Cambre en stages bij Maison Margiela, Raf Simons en Balenciaga lanceert Marine Serre haar eigen label in Parijs. Circulariteit en functionaliteit zijn belangrijke kernwaarden in haar werk. Ze vertrekt vaak vanuit textiel dat al een leven achter de rug heeft zoals zijde, Schotse wol en jeans, maar ook tapijten en huishoudtextiel.
Het heeft iets poëtisch en magisch om het verleden een nieuw leven te geven. Dat transformatieproces is een cruciale inspiratie.
ESTER MANAS
Ester Manas studeert in 2017 af aan La Cambre met een ‘one size fits all’-collectie. Samen met Balthazar Delepierre trekt ze dit concept door in het modelabel dat haar naam draagt. Door kledingstukken aan te bieden in een maat die iedereen past, willen ze meewerken aan een duurzame toekomst. De kleding blijft immers draagbaar naarmate het lichaam verandert.
BOTTER
Romancing the Coral Reef
In 2020 zet Botter samen met een duikschool in Curaçao een ‘Coral Nursery’ op die afstervend koraal helpt groeien. Twintig procent van de herfst-wintercollectie 2021-22 is gemaakt van stoffen die bestaan uit plastic uit de oceaan. De opbrengst van de kledingstukken gebruiken ze om de Nursery te bekostigen. De collectie bevat verwijzingen naar duikkleding en inventieve kleermakerij, zoals deze multifunctionele herenvest.
Rushemy Botter en Lisi Herrebrugh vormen het designduo achter het label BOTTER. Zij is geboren in Amsterdam met Dominicaanse roots en volgde een modeopleiding aan het Amsterdam Fashion Institute. Hij is geboren in Curaçao, groeide op in Nederland en studeerde in 2017 af aan de modeafdeling van de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen. De Caraïben spelen een belangrijke emotionele rol in hun ontwerpproces, vooral in de kleuren, de materialen, de styling en de verhalen die ze vertellen. Hun opleiding in de Lage Landen beïnvloedt dan weer hun liefde voor geschiedenis, conceptualisatie en onderzoek. Activisme en een sterke boodschap staan centraal in hun collecties.
De herfst-wintercollectie van 2020-21 refereert aan Arte Povera, een kunstbeweging die eind jaren 1960 opkwam en machtsstructuren en gevestigde waarden bekritiseerde door onder ander gebruik te maken van onconventionele materialen. BOTTER transponeert deze benadering treffend naar het heden door een jasje op te smukken met plastic textielpinnen die normaal gezien gebruikt worden om prijskaartjes aan kleding te bevestigen.
Na het winnen van enkele prestigieuze modeprijzen krijgen Herrebrugh en Botter in het najaar van 2018 het creatieve leiderschap over Nina Ricci. Een verrassend sprong naar vrouwenmode die ze in hun debuutcollectie (herfst-winter 2019-2020) nemen met een nadruk op kleermakerij en experiment. Zo reproduceren ze bubbelfolie in organza en krijgen jasjes via naden de contouren van een badpak aangemeten. In januari 2022 nemen ze afscheid van het Franse modehuis.
Minju Kim
Na haar opleiding aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Antwerpen richt de Koreaanse ontwerpster in 2015 haar eigen label op. Haar stijl getuigt van een sprookjesachtige verbeelding en speelsheid die ze combineert met aandacht voor vakmanschap. Verrassende volumes en een voorliefde voor jacquard en prints zijn een constante in haar collecties.
Foto bovenaan: Rushemy Botter en Lisi Herrebrugh voor Nina Ricci, lente-zomer 2020, Foto: Nadine Ijewere